Skip to content

Knocking on Heaven’s Door

Een maand of drie geleden stond je ineens voor mijn deur. Spontaan, zoals je zo vaak was. Met grappen en humor mocht ik je begroeten. “Kom binnen, doen we een bakkie.” Ik wist nog niet waarom je er was, maar al snel zaten we in een bijzonder gesprek. Niet zomaar een gesprek, maar écht diepgaand. En toch, zelfs na een uur, bleef de vraag hangen: waarom ben je bij mij? Toen zei je het: “Ik zoek een kist, voor als ik binnenkort kom te overlijden… en zou jij mijn uitvaart willen begeleiden?” Je vertelde dat je longkanker had. Simpel, nuchter, zoals het was. Ons gesprek kreeg meteen een diepere lading. Ik vond het bijzonder hoe je keek naar het leven, en naar het einde dat je voelde aankomen. “Wat vind je van een kist van lindehout?” vroeg ik. Je keek me aan, begon te lachen: “Dat is een goede keus.” En toen stroopte je de mouw op van je linkerarm en liet een tatoeage van een lindeboom zien. “Mijn kleindochter heet Linde,” zei je trots.

In de drie maanden daarna spraken we elkaar geregeld. Afspreken deden we bijna nooit bewust – het ontstond gewoon. Dan stond je weer onverwacht voor mijn deur, of zat ik ineens bij jou thuis. Soms kwam je spontaan met mensen langs om de ontvangstruimte te laten zien. En altijd was er die typische humor van je, en een goed gesprek. Langzaam ontstond jouw kist. Helaas had je niet meer de energie om zelf mee te bouwen, maar je kwam nog een paar keer langs in mijn werkplaats, om te zien hoe jouw laatste huis vorm kreeg.

Vrijdag, een paar dagen voor je overlijden, zei je: “Ik kom graag even kijken hoe mijn kist is geworden.” Je deed je hoed af, legde die op het deksel, en begon spontaan Knocking on Heaven’s Door te zingen, terwijl je zachtjes op de kist klopte. Daarna zaten we nog een tijd buiten in de zon. Zoals het altijd bij ons ging: spontaan, organisch, en precies zoals we zijn. De dag voor je overlijden belden we nog. We bedankten elkaar voor deze bijzondere tijd. En ik beloofde dat ik je zou begeleiden naar je laatste rustplaats, in de natuur. En ja – ik kom, zoals afgesproken, nog een biertje bij je drinken.

Rick, bedankt voor al onze gesprekken, je wijsheid, je humor. Je hebt me geraakt. Je hebt een blijvende plek gekregen in mijn hart en in mijn gedachten.

Een maand of drie geleden stond je ineens voor mijn deur. Spontaan, zoals je zo vaak was. Met grappen en humor mocht ik je begroeten. “Kom binnen, doen we een bakkie.” Ik wist nog niet waarom je er was, maar al snel zaten we in een bijzonder gesprek. Niet zomaar een gesprek, maar écht diepgaand. En toch, zelfs na een uur, bleef de vraag hangen: waarom ben je bij mij? Toen zei je het: “Ik zoek een kist, voor als ik binnenkort kom te overlijden… en zou jij mijn uitvaart willen begeleiden?” Je vertelde dat je longkanker had. Simpel, nuchter, zoals het was. Ons gesprek kreeg meteen een diepere lading. Ik vond het bijzonder hoe je keek naar het leven, en naar het einde dat je voelde aankomen. “Wat vind je van een kist van lindehout?” vroeg ik. Je keek me aan, begon te lachen: “Dat is een goede keus.” En toen stroopte je de mouw op van je linkerarm en liet een tatoeage van een lindeboom zien. “Mijn kleindochter heet Linde,” zei je trots.

In de drie maanden daarna spraken we elkaar geregeld. Afspreken deden we bijna nooit bewust – het ontstond gewoon. Dan stond je weer onverwacht voor mijn deur, of zat ik ineens bij jou thuis. Soms kwam je spontaan met mensen langs om de ontvangstruimte te laten zien. En altijd was er die typische humor van je, en een goed gesprek. Langzaam ontstond jouw kist. Helaas had je niet meer de energie om zelf mee te bouwen, maar je kwam nog een paar keer langs in mijn werkplaats, om te zien hoe jouw laatste huis vorm kreeg.

Vrijdag, een paar dagen voor je overlijden, zei je: “Ik kom graag even kijken hoe mijn kist is geworden.” Je deed je hoed af, legde die op het deksel, en begon spontaan Knocking on Heaven’s Door te zingen, terwijl je zachtjes op de kist klopte. Daarna zaten we nog een tijd buiten in de zon. Zoals het altijd bij ons ging: spontaan, organisch, en precies zoals we zijn. De dag voor je overlijden belden we nog. We bedankten elkaar voor deze bijzondere tijd. En ik beloofde dat ik je zou begeleiden naar je laatste rustplaats, in de natuur. En ja – ik kom, zoals afgesproken, nog een biertje bij je drinken.

Rick, bedankt voor al onze gesprekken, je wijsheid, je humor. Je hebt me geraakt. Je hebt een blijvende plek gekregen in mijn hart en in mijn gedachten.

Dit verhaal is gepubliceerd met toestemming van de familie.

Vragen? Laat het weten!

Je kunt mij een mailtje sturen (info@natuurlijkgemis.nl) met je vraag maar je kunt mij natuurlijk ook bellen (+31 6 83 82 69 97).
Als je liever hebt dat ik telefonisch contact met jou opneem, dan kun je een terugbelverzoek doen via onderstaande button.

Back To Top